De IJsvogel
De meeste
mensen verbazen zich bij het zien in ons land van een
ijsvogel alhoewel ze hier toch regelmatig voorkomen. De
ijsvogel heeft mooie bijna exotische kleuren. Door die
kleuren wordt hij ook wel gerekend tot de mooiste
broedvogels van ons land. Door zijn speciaal baltsgedrag
is hij een fascinerende vogel op de koop toe.
De ijsvogels behoren de orde van Scharrelaarvogels, samen
met de bijeneters, scharrelaars, hoppen en
neushoornvogels. Er zijn een honderdtal verschillende
soorten ijsvogels. In België komt slechts één soort voor:
de Europese IJsvogel, Alcedo Atthis.
We herkennen de ijsvogel aan natuurlijk de
opvallende kleuren, de borst is oranje tot
roestbruin, de rug is prachtig blauw, met in het
midden een lichtblauwe streep. Een ijsvogel
ontdekken is moeilijk in de schaduw ondanks de
opvallende kleuren, zijn blauwe kleur kan
wegvallen in de schaduw. Zijn oranje/bruine borst
maken hem vanaf de voorkant moeilijk zichtbaar in de
herfst, als hij tussen de bruine bladeren op een
takje naar een visje loert.
Het vrouwtje is te herkennen aan zijn roestbruine
vlek op zijn ondersnavel, het mannetje heeft een
volledige zwarte snavel
Afmetingen
Lengte: 15-17 cm Snavellengte: 4 cm Gewicht: circa 40
gram Vleugelspanwijdte: 25 cm
Voortplanting
Geslachtsrijp: na een jaar. Broedtijd: mei tot september.
Aantal legsels: 1 of 2 met 6 witte eitjes
Broedduur: 19-21 dagen. Nestverblijf: 23-27 dagen
Leefwijze
Gedrag: solitair Voedsel: visjes, kreeftjes, kikkers,
waterdieren en sommige soorten landinsekten
Levensverwachting: circa 2 a 3 jaar
Leefomgeving
IJsvogels zijn te vinden bij heldere, ondiepe, langzaam
stromende rivieren, op plaatsen die beschut zijn tegen
wind en golfslag. Omdat zij grote hoeveelheden vis nodig
hebben, moeten zij hun leefgebied kiezen in de buurt van
gezond en heel visrijk water.
Bij voorkeur kiezen de vogels plaatsen waar de bomen hun
takken ver over het water laten hangen, en waar het water
helder genoeg is om de prooi te kunnen zien zwemmen.
Veel ijsvogels leven het hele jaar in de naaste omgeving
hun broedgebied. Maar als het water 's winters bevriest
zijn de vogels gedwongen openwater op te zoeken, of wat
zuidwaarts te trekken. |
|
|
|